Oosterzele |
|
Algemeen
- Geschiedenis -
Foto's -
Bezienswaardigheden -
Wapen -
Kalender |
|
 |
Algemeen: |
|
Oppervlakte: 1.176 ha. |
|
Herkomst van de naam: eind 9de eeuw Ostresela; oustra
= oostelijk, en sali, zaal = verblijfplaats. |
|
Inwoner: Oosterzelenaar; Oosterzeels. |
|
Landschap: Landbouw- en woondorp op de grens van
Zandig- en Zandlemig-Vlaanderen; aan de rijksweg en de spoorweg
Gent-Geraardsbergen; heuvelachtig landschap (19-63 m) met de Betsberg
als hoogste punt. |
|
Sedert 1977 samen met Balegem, Gijzenzele, Landskouter,
Moortsele en Scheldewindeke vormen zij Groot-Oosterzele
(9860).
 |
|
Geschiedenis: |
|
Het dorp ontstond in de vroege middeleeuwen uit een site
die de Windekekouter als ontginningsgebied had. Na de inval van de
Noormannen raakte de Sint-Baafsabdij haar domein kwijt ten voordele
van de plaatselijke Heer. Arnulf I van Oosterzele, in 1067 bekend,
legde onder meer beslag op de gronden die aan de abdij zouden hebben
toebehoord. Arnulf II en Gerbod schonken deze goederen terug. Beiden
waren onder meer vazal van de Sint-Bertijnsabdij. Gerbod II van
Oosterzele wordt ervan verdacht graaf Arnulf II in Kassel te hebben
vermoord.
Begin 14de eeuw behoorde Oosterzele tot het Land van Rode,
als een van de vier leenhoven met schepenbank. Belangrijke lenen
waren: het goed te Oosterzele, goed Kuckenen, Bunnegem. Ter
Burcht was een van de belangrijkste heerlijkheden. In de 16de
eeuw had het dorp herhaaldelijk te lijden van voorbijtrekkende
troepen. Tot het einde van het Ancien Régime behoorde Oosterzele aan
de erfgenamen van de markies van Rode Rodriguez de Evora y Vega.
De parochie was tot 1230 afhankelijk van Scheldewindeke. Het kapittel
van Kamerijk schonk toen het patronaatsrecht aan de abdij van Ename.
Oosterzele werd dan een zelfstandige parochie. Tot 1559 behoorde het
tot het bisdom Kamerijk, nadien tot het aartsbisdom Mechelen en tot
het bisdom Gent. Sinds 1920 is Oosterzele (opnieuw) een decanaat,
waartoe zeventien parochies behoren. De kerk op de kapelanij Anker
dateert van 1940.  |
|
Bezienswaardigheden: |
|
De driebeukige neoclassicistische
Sint-Gangulfuskerk
(1825-30) vervangt een bedehuis, dat in 1724-26 herbouwd werd; de
achtkantige westertoren en de westgevel werden in het nieuwe gebouw
geïntegreerd. Bescheiden 19de-eeuws meubilair, behalve het
koorgestoelte, de communiebank (18de eeuw), vier biechtstoelen (2de
helft 18de eeuw), twee marmeren credentafels (18de eeuw) en twee
bidstoelen (17de eeuw). Doksaal met orgel (1793) door L.B. Van
Peteghem, dat beschermd is (K.B.,4.3.1980). Beeld "O.L.Vrouw en
Kind" (17e eeuw). Schilderijen (19de eeuw). |
|
De houten windmolen van het standaardtype (ca. 1790), genoemd
"Vinkemolen", sinds 24.1.1944 beschermd, werd
door de storm verwoest (27.1.1983), doch is wederopgebouwd te
Sint-Denijs-Boekel. |
|
De
Roosbloemmolen, een korenmolen. |
|
In de buurt, de
Sint-Rochuskapel (1628), voor
de patroon der pestlijders; herbouwd in 1814. |
|
O.L.Vrouwkapel (ca. 1700), in baksteen en natuursteen,
met schilderij "O.L.Vrouw met Kind" (18e eeuw) en kruisbeeld
(18e eeuw). |
|
In de wijk Anker, de
Sint-Oscarkerk (1938), een
bakstenen zaalkerk. |
|
Kasteel
Smissenbroek
of Keiberg, met park en vijvers.
 |
|
Wapen:
|
|
"Gevierendeeld
1. en 4. in lazuur een leeuw van goud, getongd van keel, houdende in de
rechterpoot drie bladeren van goud, 2. en 3. in lazuur drie zespuntige sterren
van goud, een smalle schuinbalk van keel over alles heen beladen boven met een
komeet van goud en onder met een drietoppige rots van hetzelfde.
Hartschild:
in goud een leeuw van sabel, geklauwd en getongd van keel, en een uitgeschulpt
omboordsel van sabel."
GB 18.6.1980 - KB 1.12.1980 - BS 22.1.1981 (z.b)
Na de fusie van
1977 gaf de nieuwe gemeente de voorkeur aan een nieuw wapen.
De keuze viel op het blazoen van de familie Rodriguez de Evora,
de Portugese tak van de familie Rodriguez d'Evora y Vega, sinds 1602 baronnen en vanaf 1682, tot op het einde van het Ancien Régime,
markiezen van het Land van Rode, waartoe alle deelgemeenten ten laatste
sinds de 13de eeuw behoorden. Het betreft de Spaanse tak van dit geslacht, om
een onderscheid te maken met de banier in het huidige wapen van Merelbeke, die
eveneens steunt op het wapen Rodriguez de Evora y Vega.
De gekozen vlag werd door de vroegere gemeente Oosterzele reeds voor de fusie
van 1977 gebruikt. De kleuren zijn ontleend aan het wapen dat haar in 1932 werd
toegekend. |
|
Wapen vóór
1976 |
|
 |
|
|
"In goud een leeuw
van sabel, met uitgeschulpten boord van hetzelfde, het schild geplaatst voor
een zittende leeuw eveneens van sabel, houdend in den rechterpoot een
bannier van goud met omgewenden leeuw van sabel, gewapend en getongd van
keel." GB 18.4.1931 - KB 15.6.1932 - BS 20.8.1932
Bron: Gemeentewapens van
België, Deel II Vlaanderen M-Z en Brussel, door Lieve Viaene-Awouters en Ernest
Warlop; Dexia Bank 2002, blz. 111 en 112.

|
|
Evenementenkalender: |
|
Pinksteren: kermis |
|
16 augustus: Sint-Rochusverering |
|
 |
|

 |