Bavegem |
|
Algemeen
- Geschiedenis -
Foto's -
Bezienswaardigheden -
Wapen -
Kalender |
|
Algemeen: |
|
Oppervlakte:
388
ha. |
|
Hoogte: 28,30 meter aan de dorpel van de kerk. |
|
Op 13,5 km van Aalst, op 5 km van Oosterzele. |
|
Bestuurlijk arrondissement Aalst; rechterlijk arrondissement
Dendermonde; vredegerechtkanton Aalst; bisdom Gent. |
|
Herkomst van de naam: in 976 Bavingehem, persoonsnaam, en inga,
en hem = woonplaats van de lieden van Bavo, verwijzing naar Sint-Baafs in Gent?
Bavengem (1108); Bevinghen (1250). |
|
Inwoner: Bavegemnaar; Bavegems. |
|
Aantal inwoners: 732 inwoners in 1816; 1.059 inwoners in 1885;
1.400 inwoners in 1938. |
|
Landschap: Landbouw- en woondorp in Zandlemig-Vlaanderen;
heuvelachtig landschap, doorsneden door de Molenbeek en de Cottembeek, begrensd
door de Letterbeek (Letterhoutem) en de Bavegembeek (Oosterzele). |
|
Waterloop: de Molenbeek, bijrivier van de Schelde en de
Cottembeek. |
|
Specialiteiten: klompen, kant. |
|
Sedert 1977 samen met Letterhoutem en Vlierzele deelgemeente
van Sint-Lievens-Houtem (9520).
|
|
Geschiedenis: |
|
De villa Vlierzele met Bavegem-Papegem
was voor de 10de eeuw bezit van de Sint-Baafsabdij, maar ging bij de invallen
van de Noormannen verloren. Na tussenkomsten van abt Womar schonk keizer Otto II
in 976 de villa aan de Sint-Baafsabdij terug. Tot het einde van het ancien régime
waren Bavegem en Vlierzele een domaniale eenheid. Als heren van het dorp oefenden
de abten er via de baljuw de drie graden van het gerecht uit. Hoofdvonnissen
werden gehaald bij de wethouder van de abdij te Gent.
Na de afschaffing van de Sint-Baafsabdij in 1540 viel de feodale heerschappij
over Bavegem aan de bisschoppen van Gent toe. De voogdij over de heerlijkheid
behoorde aan de heer van Rode. Hij had recht op het derde deel van
de boeten door de schepen in hun vierschaar uitgesproken. De bewoners waren
onderworpen aan alle belastingen die in het land van Rode werden geheven.
Het grondbezit werd beheerst door de abdijen van Sint-Baafs en Drongen, het
hospitaal van Sint-Jan te Gent en enkele Heren. Er bestond een aantal
aanzienlijke pachthoeven. In de 18de eeuw waren buiten het
kapittel van Sint-Baafs, de graaf van Lichtervelde en de Heer Dolisy de grootste
grondbezitters.
Reeds in de 10de eeuw bezat Bavegem een kapel. Tot de 12de eeuw was ze
afhankelijk van het altaar van Vlierzele. In 1108 bevestigde de bisschop van
Kamerijk het patronaat over deze kerk, die van oudsher aan de H. Onkomena
of Wilgefortis is toegewijd. Sins de 16de eeuw werden de pastoors
betaald door het Sint-Baafskapittel. In 1719 werd Bavegem als parochie
gescheiden van Vlierzele.
Bavegem bleef in de 19de eeuw een landbouwgemeente. Het dorp oriënteerde zich
op de regio. Er bloeide vanouds een handel in varkens. In de 20ste eeuw werden
andere familiebedrijven opgericht. Aanvankelijk betrof het steenbakkerijen en
houtzagerijen, maar na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde de industrie zich in
het verlengde van de landbouw:
zuivelfabrieken en verwerking van
de melkproducten, slachterijen, de vetmesterijen, vleesverwerking,
en varkenskwekerijen.
De bevolking steeg van 660 in 1801 tot 1060 in 1843, daalde naar 989 in 1862,
steeg vanaf 1870 opnieuw en bereikte in 1938 een piek van 1408. Na de Tweede
Wereldoorlog daalde het inwonertal geleidelijk. In 1976 had de gemeente 1340
inwoners.
|
|
Bezienswaardigheden: |
|
In het centrum,
op de hoogte, de parochiekerk van
Sint-Onkomena
of Sint-Wilgefortis;
éénbeukig schip (18de eeuw); neogotisch transept, toren en koor (1911), n.o.v.
arch. Mortier. Enkele muurgedeelten in breuksteen, aan noord-, zuid- en
westzijde, zijn herkomstig van het vroeger kerkje (16de eeuw). Meubilair (19de-20e
eeuw). Renaissance-biechtstoel (2de kwart 17de eeuw); zwartmarmeren doopvont
(einde 18de eeuw) en classicistisch koperen deksel. Doksaal met balustrade (1824)
en orgel (1824), door P. Van Peteghem (Gent), dat beschermd is (K.B., 4.3.1980).
Beeld van de H. Onkomena aan het kruis (19de eeuw). Schilderij "Laatste
Avondmaal" (paneel, 1607), door H. De Clerck (Brussel). Marmeren grafplaat
(einde 18de eeuw). Omringend, ommuurd kerkhof met bomen. Tegen koormuur, houten
Christus aan het Kruis (18de eeuw). |
|
Pastorie (1761), verhoogd met een bouwlaag (1878). |
|
Aan de Driesstraat, kapel van
O.L.Vrouw van Bijstand
(1786), Sint-Antoniuskapel (ca. 1950). |
|
Op de Molenbeek, voormalige
graanwatermolen (in
verwaasloosde toestand). |
|
De "Dikke Linde", op het kruispunt van de
velden Hoogkouter, Leegkouter en Neervelden, is beschermd (K.B.,6.7.1957).
|
|
Wapen:
|
|
|
Wapen van Sint-Lievens-Houtem en
deelgemeenten: "Gevierendeeld 1. en 4. in lazuur
een leeuw gedwarsbalkt van zeven stukken van zilver en van keel, geklauwd,
getongd en gekroond van goud 2. in lazuur een keper van goud vergezeld van drie
everkoppen van zilver, getongd van keel, met slagtanden van het veld 3. in keel
drie sleutels van goud."
GB 10.10.1980 - KB 16.7.1981 - BS 3.10.1981 (z.b.)
Bron: Gemeentewapens van België,
Deel II Vlaanderen M-Z en Brussel, door Lieve Viaene-Awouters en Ernest Warlop;
Dexia Bank 2002, blz. 231, 232, 233, 234. |
|
Evenementenkalender: |
|
Tweede zondag van juni:
kermis. |
|
Zondag voor de kermis van Sint-Lievens-Houtem: kermis
|
|
|
|
|